Blogpost Sterke Vrouwen van Franeker: Dora Baanstra-Leemker


2023-07-12 10:00:00

Naar aanleiding van de oproep van Museum Martena op de sociale media voor verhalen van sterke Franeker vrouwen, wil ik graag mijn zoons overgrootmoeder en mijn vriend zijn grootmoeder Theodora Anna Clasina 'Dora' Baanstra-Leemker voorstellen. Dora heeft van haar leven gemaakt wat zij in die tijd, in de beperkte ruimte die zij als vrouw had, kon doen. Veel mensen denken met warme herinneringen aan haar terug. Dit is haar verhaal.

Dora Leemker wordt op 28 maart 1905 te Huizum geboren als dochter van de smid Jacobus Bernardus Leemker en zijn echtgenote Juliana Johanna Jordan. Begin 1900 verhuist de familie eerst naar Leeuwarden, dan naar Bolsward en in 1913 naar Franeker. De familie is Rooms-Katholiek en Dora zal haar hele leven trouw in woord en daad het katholieke geloof volgen.

In Franeker ontmoet zij haar grote liefde Wijbe Lambertus Baanstra, met wie ze in 1926 trouwt. Wijbe is dan 26 jaar en Theodora 20 jaar. Het stel krijgt zes kinderen: Abel Meindert, Juliana Johanna, Jacobus Bernardus, de tweeling Wijbe Lambertus en Age Eelke en Bernardus Antonius. Dora houdt van haar kinderen, is zorgzaam en staat bij stadsgenoten bekend als eerlijk als goud.

Dora werkt voor haar trouwen bij bakker Noordenbos (later Van Veen) in Franeker. Wijbe wordt, net als zijn vader Abel Meindert, slager. Het stel woont op verschillende adressen in Franeker, waaronder bij Dora haar schoonouders. Na hier een tijd te hebben gewoond verhuizen ze vanaf 1932 nog een aantal keren en komen uiteindelijk in de Zilverstraat 2 te wonen, waar Wijbe en Dora hun eerste café beginnen.

Vanaf 1937 baat het stel café "Het Posthuis" uit. Het pand is eigendom van de bierbrouwerij Oranjeboom en de familie mag dan ook alleen bier van de brouwerij schenken. Met de directeur van de brouwerij, A.L. Sasse, sluit Wijbe een hechte vriendschap. Het gezin woont samen met hun zes kinderen boven het café. Omdat Wijbe voor zijn werk als slager regelmatig op pad is, verzorgt Dora niet alleen haar jonge kinderen, maar runt zij daarnaast ook het café.

Als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, vraagt ook Dora's vader een vergunning aan voor het schenken van alcohol in het pand. Waarschijnlijk uit angst dat Wijbe dit op een gegeven moment niet meer zal kunnen doen. De dreiging van de oorlog doet Wijbe ervoor kiezen om het heft in eigen handen te nemen: hij slacht illegaal vlees. Om dit ongemerkt te kunnen doen, schiet hij het beest dood op het moment dat er een trein voorbij raast. Door het lawaai van de trein, zal niemand iets horen. Het vlees deelt hij met bekenden in Franeker, maar ook stuurt hij vlees, samen met ander voedsel en bonkaarten, naar Sasse van de bierbrouwerij. Hij verstopt de smokkelwaar in lege bierkisten, die altijd terug naar de brouwerij in Rotterdam moeten.

In het café worden op last van de bezetter Duitse soldaten ingekwartierd. Het is voor Dora een lastige tijd, omdat zij in de oorlog nog drie kinderen krijgt en er gebrek aan alles is. Ook is zij op de hoogte van de illegale activiteiten van haar man. Zij kan de bezetter niets laten merken, uit angst voor de gevolgen voor haar man Wijbe. Toch ziet Dora door haar geloof ook de mens achter de soldaat en heeft ze zelfs met één van de soldaten een vriendschappelijke band. Aan het einde van de oorlog, duikt Wijbe onder. Vermoedelijk om aan een eventuele toekomstige tewerkstelling in Duitsland te ontkomen. Steeds meer oudere mannen worden opgeroepen.

Na de oorlog zetten Wijbe en Dora hun café voort. Hun zoon Abel is als dienstplichtig militair opgeroepen naar Indonesië, waar dan net de onafhankelijkheidsoorlog is. Het zal Dora veel zorgen gegeven hebben, ondanks dat ze ook veel drukte had van haar vier jongste kinderen. In 1953 slaat het noodlot toe bij de familie. Midden in de nacht wil een dronken klant nog bier kopen. De klant maakt een hoop kabaal: schreeuwt en slaat op alle deuren en ramen van het café. Wijbe gaat uiteindelijk boos van bed om de man tot stoppen te manen, de man maakt immers zijn kleine kinderen wakker. Wijbe let echter niet goed op en maakt een rare val van de trap. Wijbe wordt bedlegerig en sterft enkele maanden later, op 8 september 1953. Begin 1954 wordt het café en de woning per opbod verkocht en moet Dora noodgedwongen stoppen met het café. 

In augustus 1955 verhuist ze naar een gemeentelijke huurwoning aan de Spaarbankstraat (later: Prof. Camperstraat) 32 in Franeker. Hoewel de inkomsten van het café ook niet groot waren, maakt het gezin nu een echte armoedeval. Dora moet met haar inwonende vader, dochter en vier kleine kinderen zien rond te komen van een kleine uitkering. Ze krijgt nooit meer een andere relatie. 

Leden van de katholieke kerk staan Dora bij, maar ook de heer Sasse van de bierbrouwerij steunt de vrouw van zijn overleden vriend. De kinderen krijgen van de kerk schoenen, maar deze passen niet altijd goed. Eén van de zonen, Wijbe jr., weet zich nog te herinneren dat hij veel te grote schoenen kreeg en kinderen hem uitlachten en zeiden: "Daar heb je Wiebe met zijn vliegdekschepen!".

Eén van de leden van de kerk, Piet de Vreeze, is de familie bijzonder behulpzaam en wordt een familievriend. Als Piet zelf ziek wordt en zich niet voor de Franeker gemeenschap kan inzetten, bedenkt Dora een inzamelingsactie voor hem. Een commissie voor de inzamelingsactie wordt opgericht, Dora neemt er in plaats en honderden Franekers en oud-Franekers geven gul. Door de actie kan voor Piet de door hem zeer gewenste diaprojector en bandrecorder, die wat ontspanning ("een plaatje met een praatje") zullen brengen bij zijn bezoeken aan zieke Franekers, gekocht worden. Zelfs blijft er nog een extra bedrag voor Piet de Vreeze en zijn gezin over om nog een accessoire te kopen. Dora haalt met de actie de voorpagina van de Franeker Courant. 

Dora staat bij haar kleinkinderen unaniem bekend als een zeer lieve oma. Halverwege de jaren '80 krijgt Dora gezondheidsproblemen en woont ze nog een tijdje bij haar zoon Wijbe jr. en zijn gezin in aan de Dijkstraat 5. Later gaat ze naar bejaardenhuis Huize Theresia in Franeker. Op 21 januari 1987 overlijdt zij in het Bonefatiusziekenhuis te Leeuwarden.


Op de foto: Dora en haar man Wijbe en hun oudste zoon Abel Meindert ('Appie'), circa 1927-1928